donderdag 8 mei 2014

Voorbeschouwing Dag1: Diksmuide - Caudry -> 160 km



Vanop op de Grote Markt in Diksmuide gaat het via een rustige aanloop naar De kippe in Merkem. Daar pikken Andy en ikzelf in.  Even voorbij Langewaede verlaten we de drukke weg en rijden we via Bikschote naar het sas in Boezinge om via het kanaal naar Ieper te rijden.  Vorig jaar hadden we hier al een eerste keer een lekke band.

De aanloop is bijzonder rustig en vlak.  In Ieper aangekomen rijden we door het centrum  onder de Menenpoort door naar Zillebeke vijver. Eigenlijk wordt dit de eerste onverharde strook van de dag. Na de passage aan de vijver gaan we door het dorp en kunnen we een eerste keer de benen testen op een kort klimmetje richting de Palingbeek.
We laten het provinciaal domein echter links (of eigenlijk rechts) liggen en gaan via Hollebeke verder. Daar nemen we al snel een onverhard pad langs de spoorweg tot in Houtem.  Vorig jaar stonden we hier al voor een tweede en derde keer lek. Na Houtem vervolgen we onze weg langs het nooit voltooide kanaal Ieper-Komen.  Het pad is hier nu gebetonneerd en loopt lekker vlot.  Voor de afwisseling is er al eens een kleine hobbel of een bochtje zodat het geen saaie strook wordt.

In Komen verlaten we dit pad en gaan we rechtsaf.  We bevinden ons nu op het Ravel-netwerk. Dit is een netwerk in Wallonië van vroegere spoorwegen en jaagpaden die nu ingericht zijn voor recreatief gebruik.  Een breed betonnen fietspad brengt ons tot in Waasten (of Warneton zo u wil). In dit dorp is er nog een klein brouwerijmuseum met mooi terras aan de Leie, maar we zullen dit wijselijk aan ons laten voorbijgaan.  We dwarsen de Leie na 39 km en komen in Frankrijk aan.
 Vanaf nu rijden we langs het water tot in Rijsel centrum.  Goed voor zo’n 18 km autovrije paden.  Tot in het gehucht Deulemonde volgen we de Leie en vervolgens wordt de Deule onze metgezel tot aan de citadel van Rijsel. Het lijkt een saaie strook te gaan worden maar dat is het absoluut niet.. Eerst nog asfalt en dan een strookje onverhard en vervolgens een leuke mix van gravel en asfalt.

We blijven langs dezelfde kant van het kanaal rijden. Zo hebben we meer afwisseling van paden en een mooier zicht op het park en kerk van Wambrechies. Ter hoogte van Wambrechies is het even oppassen. Langs het pad waar we rijden liggen er nl. nog trein- en tramsporen. Het doet ons herinneren aan de gloriedagen van het likeurtje toen alles nog per spoor werd vervoerd. En toch moeten we ook de tijd nemen om aan de overzijde van het kanaal te genieten van het uitzicht op het dorp.

Algauw zien we dat we de metropool Rijsel binnenrijden.  Meer bebouwing, meer industrie en meer bruggen die we onder moeten rijden, maar nog altijd geen auto's en een halfverharding onder onze wielen.

Ter hoogte van Marquette lez Lille moesten we vorig jaar afdraaien omdat we hier niet langer het kanaal konden volgen.  Vanaf dit jaar kan dit wel. Dankzij Europese middelen (toch nog voor iets goed) werd hier een heel mooi gebetonneerd pad aangelegd.  Op het eerste zicht zou je niet denken dat je hier door kan (een grote poort) maar het klopt wel degelijk.  Een goede 4 km verder zijn we aan de citadel van Rijsel aangekomen.
Verwacht hier geen spectaculair bouwwerk zoals die van Namen. Het is een militair bouwwerk in stervorm, gebouwd door Vauban, dat wel. Het maakte deel uit van een noordfranse verdedigingsgordel onder Lodewijk XIV (jaren 1660).  Veel zullen we zelf niet zien. We rijden door het park en dan eigenlijk in een wijde boog errond.  Daarna rijden we onder een mooie bomenrij langs de vrij drukke binnenring, maar langs een heel mooi fietspad.  Na pakweg een kilometer rijden we het oude stadscentrum van Rijsel in.
We krijgen hier zowaar een kasseistrook voor de wielen maar deze wordt nog niet in het roadbook opgenomen. Het is vergelijkbaar met die Espace Creupelandt op het einde van Paris-Roubaix (3 keer niks eigenlijk).  We zullen kunnen genieten van de mooie gebouwen en – speciaal voor Danny Bouden- van ander moois.  Wil iedereen dan ook Danny hierop tijdig attent maken J.

Via de Rue Lepelletier (de duurste patisseriestraat van Rijsel) komen we op een mooi plein aan het theater.  Er zijn terrasjes, er is sfeer en er zijn mooie gebouwen. Vervolgens gaan we via de gotische kerk Saint-Maurice naar de stations van Lille.  Hier is het kloppende hart van Rijsel. Twee treinstations op een boogscheut van elkaar en daartussen geprangd een shoppingcenter met meer dan 200 winkels.  Via groen aangeduide fietspaden rijden we verder naar het zakelijke gedeelte van Rijsel. Let op het bijzondere gebouw op rechts in de vorm van een skilaars.
We verlaten stilaan het centrum en gaan verder via de voorsteden.  Hier hebben we gezocht naar de veiligste wegen. We passeren een Cora (dat zijn de mega supermarkten) in Hellesmes en algauw zijn we de stad uit en komen we in Villeneuve d’Ascq. Na 65 km zijn we helemaal uit de stad aan het kasteel van Villeneuve en is het genieten van het vele groen.

Via het mooie Lac du heron rijden we verder. Het zijn brede grindpaden in het groen die goed bollen (met uitzondering van dat stukje single track dat ik vond).  Na die 5 heerlijke kilometers verlaten we het park, maar dan is het eigenlijk nog niet over.  We volgen nu de rivier de Marque langs een mooi onverhard fietspad en duiken even verder een smal paadje in door een bos. Daarna komen we aan de rand van het dorp Chereng (bekend van de finale van Paris-Roubaix).  Wie honger of dorst heeft verlaat hier even de track en gaat aan de hoofdweg in plaats van rechts, linksaf.  Even verder is er een supermarkt (Carrefour) en een bakker waar ze belegde broodjes hebben. Of je kan rijden tot aan de kerk, daar is nog een bakker.
De route gaat echter verder langs de Marque naar het dorpje Gruson. Wellicht gaat al een belletje rinkelen.  We rijden onder de snelweg door en gaan verder linksaf een onverhard pad in. We rijden als het ware in een ruime boog rond Gruson door residentiële wijken en komen aan een wit huis.
Dan komen we aan secteur numero 3 (pavé de Gruson). De eerste kasseistrook en zo volgen er de komende km’s heel wat.  De renners rijden deze bergafwaarts, wij bergop tot aan het carrefour de l’arbre. De kasseien liggen vrij goed maar de weg lijkt eindeloos tot aan het restaurant. Aan de carrefour gaan wij rechtdoor.  In lang vervlogen tijden zat deze strook in Parijs-Roubaix maar de kasseien liggen er te slecht bij en werden geschrapt.

 Wij rijden echter wel door in open velden en komen via een onverhard pad aan de pavé numero 6a (Cysoing Bourghelles) ook wel gekend als de pavé Gilbert Duclos Lasalle. Op het einde in Cysoing na 81 km is er even asfalt. We passeren hier langs een volgende supermarkt (Match).
We rijden daarna een bos in. Het pad kreeg vorig jaar de naam Pavé Bart Rambour.  Waarom? Dat zien we dit jaar wel. Het is er in elk geval heel mooi. 
Een kleine parcourswijziging in vergelijking met vorig jaar hier, maar we volgen nog altijd een spoorweg.  Daarna gaat het in rechte lijn naar de Chemin de l’abattoir.  Zoals de naam doet vermoeden, de weg naar het slachthuis.  Een 4-sterrenstrook (pave numero 12) naar Orchies die wij in stijgende lijn zullen rijden.
We rijden Orchies binnen. Hier is er voldoende mogelijkheid om proviand op te doen. Een Lidl, Supermarché, Aldi, bakkers, … Ik heb het parcours ook aangepast zodat we langs een fietsenwinkel passeren (vlakbij de kerk gelegen). We hebben nu 95km in de benen en bij het verlaten van Orchies wacht alweer een nieuwe kasseistrook van 1200m op ons.  Ze ligt rotslecht, maar het slechtste stuk, de laatste 300m doen we niet.  

We gaan rechtsaf en genieten gedurende een goede 10 km van de voie verte de la Scarpe. Een voie verte is een groene as die ingericht is voor recreatief verkeer. Vergelijk het met de lijn Diksmuide-Nieuwpoort.  Dit is echter veel mooier!!! Bos afgewisseld met een open zicht en een goed bollende ondergrond. We rijden door het bos van Marchiennes, na het bos van Wallers, het grootste in de streek. Voorbij Marchiennes verlaten we de voie verte en kiezen voor de langste kasseistrook uit Parijs-Roubaix die van Wandignies(3,7 km en 4*). Dit jaar zit ze ook in de Tour de France.
Daarna kunnen we een 5-tal km recuperen en komen we aan de volgende 4 sterrenstrook. Pavé Bernard Hinault (officieel pavé Haveluy-Wallers).  Wij rijden ook deze omgekeerd en dus in dalende lijn. Op het einde van de strook staat een gedenkplaatje van Bernard Hinault en een leuke grote fiets.


Wij gaan rechts richting Denain. Na een onverharde strook krijgen we vervolgens enkele kilometers asfalt.  In Denain centrum (120km) passeer ik bewust aan het treinstation. Niet voor de trein, maar omdat er een cafeetje is, waar we vorig jaar de gps’en konden opladen.  Er resten nu nog een kleine 40 km. Deze zijn echter niet te onderschatten. Het wordt een klein beetje heuvelachtig en de nog resterende kasseistroken zijn vrij lastig. 
Gelukkig kunnen we na Denain even langs asfalt rijden. Vanaf Thiant gaat het bergop naar Haspres langs een kasseiweg (niet in Parijs-Roubaix). Van Haspres volgen we een weg die ooit asfalt was, nu een mix van onverhard, kasseien, grind naar Verchain-Maugré. Een nieuwe kasseistrook wacht van 1200 meter (2sterren), die van Saulzoir (officieel pavé n°23) en dit na 140 km. Wie wil kan hier 5 km afsnijden en in Haspres de weg naar Saulzoir volgen.
Via het kleine dorpje Montrécourt langs een klein beekje hebben we opnieuw wat asfalt. En dan worden we getrakteerd op die typische landschappen voor de regio. Uitgestrekte velden, hopelijk met koolzaad dat in bloei staat.  Een breed grindpad brengt ons naar carrefour de l’arbre de la femme.  Daarna gaat het in dalende lijn langs grindwegen. Het landschap hier is schitterend. De grauwe steden en steenkoolgebieden liggen achter ons.

We komen aan in Quièvy (150km), bekend van de losplaats voor de duiven, maar ook…. Van de kasseien. Pavé numero 27(Viesly –Quièvy) is 1800m en 3sterren. Wij rijden deze omgekeerd tussen de meidoornstruiken.
Na Viesly doen we een kasseistrook aan, ze maakt deel uit van de allereerste strook uit Paris-Roubaix en is maar 2 sterren, maar we zullen ze ongetwijfeld voelen, want wij rijden ze bergop. We dwarsen een departemental en gaan rechtsaf. Voor ons duikt Caudry op.

We slapen in hotel Akena city in Caudry. Vlakbij is er een supermarkt voor diegenen die extra’s nodig hebben.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten